Bijvoorbeeld om gerelateerde aandoeningen of complicaties op te sporen, zoals osteoporose of schildklieraandoeningen en diabetes. Het is ook een goed moment om bijgepraat te worden over laatste ontwikkelingen op het gebied van behandeling.
De huisarts
In de jaarlijkse controle kijkt de huisarts naar het effect van het glutenvrije dieet, de dieettrouw en dus het optreden van mogelijke complicaties. Aandachtspunten tijdens controle zijn:
- Jouw algemene gezondheid, het verloop van de lengte en het gewicht.
- Met coeliakie samenhangende symptomen, zoals maag- en darmklachten, ondervoeding, bloedarmoede, botontkalking en (bij volwassen vrouwen) onvruchtbaarheid.
Naast het vaststellen van de voorgeschiedenis (anamnese) en het lichamelijk onderzoek is hiervoor bloedonderzoek nodig.
In het bloedonderzoek kijkt de arts vooral naar de nutriëntenstatus, waaronder het hemoglobinegehalte (Hb), het gehalte aan ijzer en kalk, foliumzuur en vitamine B12. Ook de aanwezigheid van tTG-antistoffen vormt een punt van aandacht. Normaal gesproken verdwijnen deze antistoffen binnen 1 tot 2 jaar na aanvang van een glutenvrij dieet.
Bij twijfel over het herstel van het darmslijmvlies kan de huisarts je doorverwijzen naar een maag-darm-lever (kinder)arts.
Maag-darm-lever (kinder)arts
Bij voorkeur vinden de jaarlijkse controles plaats bij een gespecialiseerde Maag-Darm-Lever-arts (MDL-arts) en voor kinderen bij een kinderarts MDL. Kijk hier voor gespecialiseerde artsen.
Bij volwassenen kijkt de MDL-arts naar tTG antistoffen en indien nodig naar hemoglobine, hematocrietwaarde, foliumzuur, vitamine B12, calcium, alkalische fosfatase, ijzer. Tweejaarlijks wordt het schildklierhormoon (TSH) gecontroleerd.
Bij kinderen wordt gekeken naar het verloop van de groei, en in het bloed naar tTG antistoffen, hemoglobine, MCV en ijzer. Alleen op indicatie wordt er gekeken naar schildklierwaardes.
Ziet de arts bij de controle afwijkingen die op darmbeschadiging kunnen wijzen, dan kan er reden zijn om het dieet nog eens zorgvuldig door te lichten. Ook kan de MDL-arts ter controle een dunnedarmbiopsie doen. Hij neemt dan kleine stukjes van het slijmvlies uit de darm. Deze worden vervolgens onderzocht in het laboratorium.
Ben je ouder dan 50, dan kan je arts overwegen je met een DEXA-meting te onderzoeken op botontkalking (osteoporose). De algemene aanbeveling is om dit om de vijf à tien jaar te herhalen. Is coeliakie bij jou op volwassen leeftijd vastgesteld, dan is als het goed is al gekeken naar eventueel ontstane osteoporose.
Diëtist
Ook een regelmatig bezoek aan een diëtist is verstandig. De diëtist evalueert de inname van voedingsstoffen. Zo nodig geeft zij adviezen over een evenwichtig en gebalanceerd eetpatroon met onder andere voldoende voedingsvezels, jodium, ijzer, vitamine B12 en foliumzuur.
Wanneer 6-12 maanden na de start van het dieet klachten aanhouden, kan de diëtist aanraden het gebruik van (dieetproducten met) glutenvrij tarwezetmeel te stoppen. Is sprake van een lactose-intolerantie, dan kan het dieet daarop verder aangepast worden.
Waar nodig kan jouw gespecialiseerde diëtist je ook adviseren over het gebruik van voedingssupplementen.
Op lange termijn (vanaf één jaar na diagnose) wordt een consult eens per 1 tot 2 jaar aanbevolen om de nieuwste inzichten met betrekking tot het glutenvrije dieet uit te leggen en de dieettrouw en de volwaardigheid van de voeding te evalueren.