
De eerste verschijnselen van coeliakie kunnen bij baby’s al optreden kort nadat ze voor het eerst glutenbevattende voeding hebben gekregen. Meestal is dat vanaf de zesde maand, als ze hun eerste broodkorst of pap op basis van tarwebloem krijgen. Maar de klachten kunnen op elke leeftijd beginnen, ook op de schoolleeftijd. Bij volwassenen kunnen de verschijnselen schijnbaar uit het niets optreden. Vaak blijkt dan dat er al jaren vage klachten waren.
Diagnose bij kinderen
Een dunnedarmbiopsie is, ook bij kinderen, nog steeds de ''gouden standaard''. Dit is de meest betrouwbare methode om de diagnose coeliakie te stellen. Standaard is dat het wél gedaan moet worden (ook bij kinderen), maar in sommige specifiek omschreven gevallen kan hij achterwege gelaten worden. Voor het achterwege laten van een biopsie moet er aan een aantal criteria worden voldaan:
- Endomysium antistoffen (EMA) zijn positief
- IgA-TG2 is meer dan 10x de bovengrens van normaal
Wanneer TG2 meer dan 10x verhoogd & EMA positief is, is het voor de diagnose niet langer nodig om het genotype HLA-DQ2 of HLA-DQ8 te bepalen.
Een darmbiopsie is in deze gevallen dan niet altijd meer nodig en kan in overleg met de familie achterwege gelaten worden. In alle overige gevallen (bijv. bij een minder sterke stijging van TG2) blijft een biopt van de dunne darm onmisbaar.
Follow up bij kinderen
Na de diagnose coeliakie wordt een kind jaarlijks gecontroleerd door een kinderarts-mdl via o.a. een uitgebreid bloedonderzoek. Een deel van dat ‘nare’ bloedonderzoek kan achterwege blijven als alles verder goed is, concludeert Margreet Wessels, kinderarts-mdl bij het Rijnstate Ziekenhuis in Arnhem. Ook kan de dieettrouw uitstekend online gecontroleerd worden. Maar de jaarlijkse follow-up van het kind met coeliakie bij de specialist en screening van broertjes, zusjes en ouders blijft onverminderd belangrijk!
Bij wie blijft nog wel een biopsie nodig voor het stellen van de diagnose?
Bij kinderen met een minder sterke verhoging van TG2 antistoffen (minder dan 10x de normaalwaarde), is nog altijd een dunne darmbiopsie nodig voor de diagnose. In de nieuwe richtlijn worden concrete aanbevelingen gedaan over hoe deze biopten (‘hapjes uit de dunne darm) dan genomen moet worden: minstens 4 biopten uit het distale gedeelte van het duodenum en minstens 1 biopt uit de bulb van het duodenum.
Bekijk hier het stroomdiagram voor de diagnose coeliakie bij kinderen en adolescenten.
Gluten en baby's
Introductie van gluten voor de vierde maand in het eerste levensjaar van een kind wordt afgeraden. Gluten kan aan baby- en peutervoeding worden toegevoegd op enig moment tussen de vierde en de twaalfde maand. Dit geldt zowel voor kinderen met een hoog risico, die eerstegraads familieleden hebben met coeliakie, als voor kinderen zonder hoog risico.
Introductie van gluten na de leeftijd van een jaar kan de start van coeliakie vertragen, maar het beïnvloedt niet de uiteindelijke kans op coeliakie.
Grote hoeveelheden gluten dienen in de eerste weken na de introductie wel te worden vermeden, hoewel een ‘optimale hoeveelheid’ niet is vastgesteld.
Meer informatie
- Richtlijn diagnostiek bij kinderen (2019)
- Brochure voor ouders van kinderen van 0-12 jaar - te bestellen via de webwinkel.
- Folder speciaal voor huisartsen - ook te bestellen via de webwinkel
- Artikel GM2-2020 - Als je kind bang wordt na de diagnose (eerst even inloggen)