Hierbij worden er worden kleine stukjes (biopten) uit het slijmvlies van de darmwand van de dunne darm gehaald. Dit gebeurt via een flexibele slang (endoscoop) die via de mond, slokdarm en maag naar het eerste deel van de dunne darm gaat. De biopten worden onder de microscoop onderzocht door een klinisch patholoog.