Dat is een aangeboren aandoening van het afweersysteem en mensen met deze aandoening maken helemaal geen of heel weinig antistoffen van het type Immunoglobuline A (IgA) aan. Mensen met coeliakie hebben vaker een IgA deficiëntie dan de bevolking in het algemeen. Ongeveer 2 tot 3 % van de patiënten met coeliakie kan geen antistoffen maken van het type IgA. Bij de bevolking in het algemeen is dat 0,1 tot 1%. IgA antistoffen zorgen voor een goede afweer in de slijmvliezen van onder andere oren, neus, longen en darm. De meeste mensen met een IgA deficiëntie hebben daar helemaal geen last van. Anderen krijgen makkelijker ontstekingen in de oren, longen en darmen én er is een verhoogde kans op auto-immuunziekten zoals coeliakie.
Coeliakie wordt getest door het meten van IgA-TG2 antistoffen en IgA-endomysiumantistoffen (EMA) in het bloed. Bij mensen met IgA deficiëntie is de normale antistoffentest voor de diagnose van coeliakie dus niet bruikbaar. Maar mensen met een IgA deficiëntie hebben wel een 18x verhoogde kans op coeliakie ! Bij een negatieve uitslag is het dus altijd van belang dat de arts het totaal-IgA laat bepalen in het bloed, om te kijken of er geen deficiëntie is. Vaak worden deze drie testen (IgA-TG2, totaal IgA en EMA) al als een ‘combinatiepakket coeliakieserologie’ aangeboden op het huisartsen laboratoriumformulier.
Patiënten met IgA deficiëntie maken wél antistoffen aan van een ander type: IgG antistoffen. De arts kan in plaats van de gebruikelijke antistoffentest die gebaseerd is op IgA kiezen voor een andere antistoffentest die gebaseerd is op IgG. Deze testen worden gebruikt voor deze groep patiënten: IgG-DGP en/of IgG-TG2.
De diagnose IgA deficiëntie mag niet vastgesteld worden onder de leeftijd van 4 jaar. De vorming van antistoffen van het type IgA is namelijk de eerste 4 levensjaren nog in vorming / in rijping en is dus vaak laag. Vanaf de leeftijd van 1 jaar begint het pas een beetje gevormd te worden. Tussen de 4 en 8 jaar kan er ook sprake zijn van een lage aanmaak van IgA, als uiting van een immuunsysteem dat zich traag ontwikkelt. Uiteindelijk gaat dit over en wordt de aanmaak normaal bij deze patiënten. Vanaf de leeftijd van 16 jaar geldt over het algemeen dat een bloedspiegel < 0,7 g/L geldt als IgA deficiënt*. Laat dit echter altijd interpreteren en beoordelen door een arts.
Bronnen
Huisartsenbrochure: https://www.huisartsengenetica.nl/sites/default/file/Huisartsenbrochure%20Selectieve%20IgA%20deficientie.pdf
Referentiewaardes: https://www.nvkc.nl/algemeen-overzicht-referentiewaarden